Het was een kleine maar spraakmakende revolutie die vorig jaar plaatsvond op de Vrije Universiteit in Amsterdam. In het voormalige protestantse bolwerk startte een nieuwe studierichting: boeddhistische filosofie. Zenboeddhist André van der Braak werd in januari 2012 benoemd als eerste bijzonder hoogleraar. Filmmaker Pat van Boeckel volgde hem tijdens zijn eerste schreden op dit pad. Dat pad leidt al meteen naar het verre oosten, als André namens de VU naar China afreist, om een uitwisseling op poten te zetten met de Renmin universiteit van Beijing. Fietsend door Beijing aanschouwt André de revival van het Chinees boeddhisme, dat tussen 1949 en de jaren '80 onder druk stond door het communistisch bewind. Terug in Amsterdam wordt duidelijk dat André voortdurend heen en weer reist tussen filosofie, meditatie, ritueel en praktijk. Zo laat André zich ook graag inspireren door Europese denkers. Hij promoveerde op Nietzsche, in wiens westerse filosofie hij de kern van de oosterse boeddhistische leer weerspiegeld ziet. Vanuit Sils Maria, het Zwitserse dorp waar Nietzsche zijn bekende werken schreef, kruipt hij in de huid van Zarathustra, de Perzische profeet die Nietzsche opvoert om de westerse cultuur onder loep te nemen en laat op die manier zien dat de kloof tussen Oost en West kleiner is dan wij denken.
Het was een kleine maar spraakmakende revolutie die vorig jaar plaatsvond op de Vrije Universiteit in Amsterdam. Zenboeddhist André v.d. Braak werd in 2012 benoemd als ee ...